Plan S voor open access geeft wetenschapper iets meer ademruimte
Bijna drie maanden zijn verstreken sinds een groep Europese onderzoeksfinanciers een radicaal plan aankondigde om de overstap naar open access te versnellen. Het zogeheten Plan S gaat al vanaf 2020 in, maar het was nog onduidelijk hoe de implementatie van het plan er precies uit komt te zien. Gisteren maakten de dertien grote onderzoeksfinanciers achter Plan S, waartoe ook de Nederlandse geldverstrekker NWO behoort, concrete richtlijnen bekend. En die zijn iets minder streng dan aanvankelijk werd gesuggereerd.
Zo blijft het voorlopig toegestaan om te publiceren in hybride tijdschriften die aan bepaalde voorwaarden voldoen. Eerder kondigden de onderzoeksfinanciers aan dat het voor wetenschappers na een overgangsperiode van één jaar verplicht zou worden om te publiceren in full open access journals.
Het streven van Plan S blijft onverminderd ambitieus: vanaf 1 januari 2020 moeten alle publicaties die tot stand komen met steun van de betrokken onderzoeksfinanciers direct open access ter beschikking worden gesteld. Maar de nieuwe richtlijnen geven wetenschappers wel de nodige ruimte om aan die ambitie te kunnen voldoen.
Drie manieren
De zeven pagina’s tellende ‘implementation guidance’ voor Plan S beschrijft drie manieren waarop onderzoekers invulling kunnen geven aan de nieuwe regel. Wetenschappers hoeven hun onderzoek niet per se te publiceren in volledig open access-tijdschriften of op open access-platforms; het is ook toegestaan om de laatste versie van een artikel in een repository te deponeren, of om in bepaalde hybride tijdschriften te publiceren.
Daarmee lijken de betrokken onderzoeksfinanciers, verenigd in cOAlition S, gehoor te geven aan de zorgen die leven bij sommige onderzoekers. Eerder deze maand tekende een internationale groep wetenschappers nog verzet aan tegen Plan S in een open brief. Volgens de ruim 1400 ondertekenaars zou het plan ‘te riskant’ zijn, onder meer omdat het voor wetenschappers de mogelijkheden om in kwaliteitstijdschriften te publiceren te ver zou inperken. Een van de ondertekenaars is de Nederlandse emeritus hoogleraar Martijn Katan, die fel tegen Plan S is.
Vraagtekens
Daan Rutten, die aan Tilburg University de overstap naar open access coördineert, denkt dat cOAlition S een deel van de zorgen bij onderzoekers wegneemt met de dinsdag bekendgemaakte richtlijnen. “Aanvankelijk leek het erop dat er een algeheel verbod zou komen op het publiceren in tijdschriften zonder open access vanaf 2020. Dat blijkt nu toch te mogen, als je tenminste de auteursversie meteen beschikbaar maakt in een repository”, legt Rutten uit. “Deze ‘groene’ weg naar open access heeft, zij het onder de strikte voorwaarde van onmiddellijke beschikbaarheid, alsnog een plaats gekregen in het plan. Daar kunnen veel wetenschappers een stuk beter mee uit de voeten. Niet elke discipline heeft immers al goede open access journals, en veel bestaande journals staan het wel toe de laatste manuscriptversie openbaar te maken via bijvoorbeeld Pure.”
Toch zijn nog niet alle vraagtekens weggewerkt, aldus Rutten. “Zo geeft de coalitie zelf ook aan dat er nog moet worden nagedacht over hoe om te gaan met monografieën en hoofdstukken in boeken, genres die belangrijk zijn binnen de rechtswetenschap en de geesteswetenschappen. Hier waren veel zorgen over, zo bleek ook onlangs tijdens een KNAW-discussiebijeenkomst over Plan S.”Feedback
Het is nog onduidelijk aan welke precieze subsidievoorwaarden wetenschappers vanaf 2020 moeten voldoen om voor beurzen van de betrokken onderzoeksfinanciers in aanmerking te komen. Die voorwaarden zullen op een later moment pas worden vastgesteld.
In de tussentijd ontvangt cOAlition S graag feedback op de implementatierichtlijnen. Tot 1 februari kan iedereen een reactie geven op de plannen via een speciale feedbackpagina op de website van de coalitie.