TU Eindhoven trekt vrouwen te veel voor in sollicitatieprocedures
De Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) gaat te ver in haar streven om meer vrouwelijke wetenschappers te werven. Het College voor de Rechten van de Mens heeft geoordeeld dat het beleid in strijd is met gelijke behandeling. Mannen worden niet of nauwelijks meer benoemd. Tilburg University wil ook meer vrouwen, maar pakt het gerichter aan.
De TU/e kampt met een ondervertegenwoordiging van vrouwelijke wetenschappers. Om de balans te verbeteren heeft ze vorig jaar het Irène Curie Fellowship-programma ingesteld. Alle wetenschappelijke vacatures staan zes maanden lang alleen open voor vrouwen. Pas als er geen geschikte kandidaat wordt gevonden, kunnen ook mannen solliciteren. Het programma duurt vijf jaar en het streven is dat dan 30% van de wetenschappelijke staf vrouw is.
Discriminatiemeldpunt Radar ontving daarop tientallen klachten en meldingen en schakelde het College voor de Rechten van de Mens in. Het College oordeelt dat er bij werving en selectie geen onderscheid naar geslacht mag worden gemaakt, tenzij er een voorkeursbeleid is dat aan strikte eisen voldoet. Dat is onvoldoende het geval bij de TU/e.
TiU streeft naar meer vrouwen in topfuncties
Ook Tilburg University streeft naar een meer gebalanceerde verhouding tussen mannelijke en vrouwelijke staf. Met name de instroom van vrouwen in hogere academische functies blijft een doorn in het oog. Zo moet volgens het officiële streefcijfer van Tilburg University een op de vier Tilburgse hoogleraren in 2020 een vrouw zijn. Momenteel is dat nog 22%, laat woordvoerder van de universiteit Tineke Bennema weten. “Er is sprake van een stijgende lijn, maar er is nog veel werk aan de winkel.”
De universiteit heeft de afgelopen jaren een scala aan maatregelen genomen om te zorgen dat vrouwen op alle niveaus vertegenwoordigd zijn. Zo zijn benoemingsadviescommissies bijvoorbeeld divers om te voorkomen dat leden mensen kiezen die op henzelf lijken, legt Bennema uit. Mannen, dus.
Ook het Tilburgse Philip Eijlander Diversity Program (PEDP) en de Westerdijk Talent Impuls hebben hun vruchten afgeworpen. Door het diversiteitsprogramma zijn 19 extra posities voor vrouwen gecreëerd op het niveau UD, UHD en Hoogleraar.
Ondanks deze maatregelen is het streefcijfer nog niet gehaald. Wat haalbaar is verschilt ook per faculteit. Bennema: “Afgelopen jaar is ervoor gekozen om de streefcijfers per faculteit af te spreken op basis van een benchmark op sectorniveau. Zo kunnen we beter aansluiten bij wat realistisch en wenselijk is binnen de verschillende wetenschapsgebieden.”
Mannen benadeeld door beleid TU/e
Anders dan de TU Eindhoven, heeft Tilburg University haar vacatures nooit gesloten voor mannelijke sollicitanten. Voor het College voor de Rechten van de Mens was dat het struikelblok. Het College stelt dat de belangen van mannen die door de maatregel worden getroffen onvoldoende zijn afgewogen.
Zo geldt het beleid voor alle wetenschappelijke functies bij alle negen faculteiten van de TU/e. Daardoor acht het College de kans dat mannen de komende vijf jaar een wetenschappelijke functie bemachtigen ‘nagenoeg verwaarloosbaar’.
Er is nog steeds sprake van structurele achterstand van vrouwelijke wetenschappers. Daarom is het soms nodig dat een universiteit voorkeursbeleid invoert. Het voorkeursbeleid van de TU Eindhoven ging echter te ver. Zo oordeelt het College: https://t.co/kFzrNWBkhm
— College voor de Rechten van de Mens (@MensenrechtenNL) July 3, 2020
Daarbij komt dat niet alle negen faculteiten met dezelfde achterstand kampen en de verschillen tussen mannen en vrouwen bij niet alle functies even groot zijn.
Positief oordeel voorkeursbeleid TU Delft
In 2012 oordeelde het College nog positief over het voorkeursbeleid van de TU Delft. Die universiteit reserveerde tien extra vacatures tijdelijk voor vrouwen, terwijl alle overige vacatures wel open stonden voor mannen. Daarmee was het voorkeursbeleid, net als dat van Tilburg University, minder breed en omvangrijk dan dat van de TU/e.
Het bestuur van de TU/e gaat de (niet-bindende) uitspraak van het mensenrechtencollege bestuderen, maar gaat ervanuit dat er genoeg speelruimte overblijft om de doelstellingen alsnog te verwezenlijken.
Door Anton van Rijn en Hoger Onderwijs Persbureau