Karaktervorming, wat moet je ermee?
Karaktervorming is een belangrijk onderdeel van het onderwijs aan Tilburg University. Maar na vijf jaar is nog altijd niet duidelijk hoe het vorm moet krijgen. En of er wel draagvlak voor is, bleek tijdens de faculteitsraad van Social and Behavioral Sciences.
Zomaar een studie volgen is er aan Tilburg University niet meer bij. Naast de kennis die studenten opdoen worden ze tegenwoordig ook gevormd tot kundige academici met karakter. Kennis, kunde en karakter – het zijn de drie ankerpunten van het onderwijs aan deze universiteit. Het idee: met alleen boekenwijsheid kom je er in de eenentwintigste eeuw niet meer. De wereld vraagt om méér.
Helemaal vanzelfsprekend is het niet dat een universiteit studenten meer wil bijbrengen dan kennis. Er wordt geen beroepsonderwijs gegeven, maar wetenschappelijk onderwijs. Bij de invoering van het onderwijsprofiel in 2016, waar ook activerend en kleinschalig onderwijs werd geïntroduceerd, werden er dan ook de nodige vragen gesteld.
Want is het wel de verantwoordelijkheid van de universiteit om studenten op te voeden, kun je een karakter veranderen of bijsturen, hoe meet je dat? En zitten studenten er zelf op te wachten?
Mooi initiatief
“Karakter is een mooi initiatief, maar hoe voegen we dit in het onderwijs en de examens?” vraagt Albano Godrie van Active TSB tijdens de faculteitsraad van Social and Behavioral Sciences. Vijf jaar na de invoering van het onderwijsprofiel zijn er nog altijd vragen.
Dat merkt de faculteit zelf ook: ondernemerschap en sociale verantwoordelijkheid zijn bijvoorbeeld karakterelementen, maar als onderwijsprogramma’s door keurmeesters tegen het licht worden gehouden, is onduidelijk waar het in terugkomt.
Staat de universiteit nog achter het profiel, vraagt Marinus Verhagen van de personeelsfractie zich af. “Wordt het serieus genomen?” Hij vindt de gedachte, dat studenten uit Tilburg meer karakter of sociale verantwoordelijkheid zouden hebben dan studenten uit bijvoorbeeld Groningen of Maastricht, eigenlijk maar raar. Of dat alle studenten organisatiewetenschappen proactief zijn en meer verantwoordelijkheid nemen dan anderen.
Dit soort vaardigheden en eigenschappen continu toetsen is ook lastig, Verhagen ziet meer in een nulmeting en een toets achteraf. “Dat je aan het begin van de studie test, en aan het einde. Hopelijk zie je dan dat het zich heeft ontwikkeld.”
Discussie
De universiteit staat nog achter de visie, volgens decaan Antoinette de Bont. Dat ziet ze terug in het overleg met haar collega-decanen. “Studenten willen bijdragen aan de maatschappij,” zegt ze, en op dat vlak verwachten ze volgens haar ook wat van de universiteit.
“Het gaat niet alleen om kennis, maar ook om hoe je erop reflecteert.” De Bont heeft lang aan de Erasmus universiteit in Rotterdam gewerkt, waar ze niet aan karaktervorming doen. Ze ziet een duidelijk verschil met Tilburg, maar ze moedigt een discussie hierover aan.