Hoogleraren Tilburg University discussiëren over ‘lager loon voor dialectsprekers’

Hoogleraren Tilburg University discussiëren over ‘lager loon voor dialectsprekers’

Donderdag werd het onderzoek van Jan van Ours, hoogleraar arbeidseconomie aan Tilburg University, gepubliceerd in het Brabants Dagblad. ‘Mensen met een dialect verdienen minder dan mensen die Standaardnederlands spreken,’ luidt de conclusie. Terwijl de media de resultaten met open armen ontvangen, haalt hoogleraar Jos Swanenberg het onderzoek door de papierversnipperaar.

Volgens het onderzoek bedraagt het verschil in salaris tussen mensen die dialect en Standaardnederlands spreken, vijf tot vijftien procent.

Dialect is de enige oorzaak die werd gevonden voor het lagere salaris, legt Van Ours uit. “De verschillen komen niet door bijvoorbeeld leeftijd, opleidingsniveau of woonplaats.” Ongeveer 40 procent van de Nederlanders is opgevoed met een dialect, maar onderzoek naar de economische impact daarvan was nog nooit gedaan, aldus Van Ours. “Wel weten we uit onderzoek in de Verenigde Staten dat iemand die donker klinkt twaalf procent minder verdient dan iemand die blank klinkt. De daadwerkelijke huidskleur doet er verder niet toe.”

Discriminatie op basis van uitspraak

Van Ours laat weten dat het mogelijk is dat mensen gediscrimineerd worden op basis van hun uitspraak. “Een andere verklaring is dat ze minder productief zijn. Een klantenservicemedewerker met een zwaar Limburgse tongval kan zich lastiger verstaanbaar maken dan een collega die Standaardnederlands spreekt.”

Kritiek op onderzoek

Jos Swanenberg, hoogleraar diversiteit in taal en cultuur aan Tilburg University, zet in het Brabants Dagblad zijn vraagtekens bij het onderzoek. ‘Het valt me op dat de termen ‘dialect’ en ‘accent’ door elkaar gebruikt worden. Dat wekt verwarring omdat beide termen een verschillende betekenis hebben.’

‘Het punt is dat iemand met een accent wel degelijk Nederlands spreekt,’ vervolgt Swanenberg. ‘Die persoon spreekt dus Nederlands met bepaalde klanken die geassocieerd worden met een plaats of streek. Dat is iets anders dan dialect spreken.’

Swanenberg is het dan ook niet eens met de conclusie van het onderzoek. ‘Zonder een degelijk uitgewerkte context van regionale verschillen in sociale factoren zegt de stelling ‘lager loon voor dialectsprekers’ niet meer dan ‘lager loon voor mensen met bruine ogen’’.

(on)terechte kritiek gepareerd

De kritiek waarmee hoogleraar Swanenberg het onderzoek van Van Ours versnippert, lijkt in eerste instantie hout te snijden. “Ik vind dat Jos Swanenberg een mooie bijdrage aan de discussie levert, maar hij gaat vooral in op publicaties in de pers en niet op ons onderzoek,” beargumenteert Jan van Ours. “Ik krijg vaak kritiek, maar merk ook dat veel mensen die kritiek leveren mijn onderzoek vaak niet gelezen hebben.”

Jos Swanenberg geeft toe dat zijn kritiek was gebaseerd op het krantenbericht in het Brabants Dagblad. “Het nadeel van een onderzoek dat in een krant gepubliceerd wordt, is dat het uit zijn verband gerukt kan worden. Dat is hier gebeurd. Er zijn misschien tien regels besteed aan onderzoeksresultaten, daarna volgden veel voorbeelden die het verhaal ontkrachtten. Ik dacht: waar gaat het nu nog over? Dialectsprekers, of mensen die slecht verstaanbaar zijn op hun werk? Als het enkel over het onderzoek van Van Ours ging, was het een heel ander verhaal geweest.”

Kortom: ben je geïnteresseerd in het lagere loon dat dialectsprekers mogelijk verdienen? Lees dan het gehele onderzoek in plaats van een samengevat artikeltje in de krant.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.