ADHD aangetoond in hersenen

ADHD is geen verzinsel, maar een aantoonbare ontwikkelingsstoornis. Dat stelt een internationaal team van onderzoekers in een nieuwe studie in The Lancet Psychiatry.

Doctor Martine Hoogman van de Radboud Universiteit in Nijmegen verzamelde tal van hersenscans over de gehele wereld van mensen met de diagnose ADHD. In totaal bestudeerde ze de hersenscans van meer dan 3.200 kinderen en volwassenen, waarvan bij de helft ADHD was vastgesteld, tijdens haar postdoc onderzoek. Daarbij vonden ze wel degelijk verschillen in vijf hersengebieden, zegt de onderzoekster Hoogman van Radboud. “Die delen zijn kleiner bij mensen met ADHD”, legde ze vanmorgen uit in het Radio 1 journaal. Het gaat onder andere om de amygdala, die een rol speelt bij de verwerking van gevoelens. Maar ook de nucleus accumbens, die deel uitmaakt van het beloningscentrum van de hersenen, en de hippocampus, verantwoordelijk voor het controleren van het gedrag, zijn kleiner bij ADHD-patiënten.

Diagnose

“De grootste verschillen zagen we in de groep met kinderen”, aldus Hoogman. “Bij volwassenen zijn de verschillen niet meer zo duidelijk.” Dat wijst er volgens Hoogman op dat de hersenen van kinderen met ADHD later volgroeid zijn, en het dus een ontwikkelingsstoornis is. Maar je kan het niet omdraaien, ADHD is niet zomaar vast te stellen aan de hand van het volume van de hersendelen. “Dat zou makkelijk zijn”, aldus Hoogman, “maar op individueel niveau is dit moeilijk vast te stellen omdat er een te grote variatie is in het hersenvolume. Onze studie toont enkel aan dat er een globaal verschil is tussen de twee groepen.”

_Advertentie.