Frank van Gaalen: ‘Op het podium staan voor 4500 mensen geeft zoveel euforie, dat is geluk, puur geluk’

Bij de organisatie van het jaarlijkse introductiefeest dat TOP Week heet komt heel wat kijken. Fontysstudent Frank van Gaalen weet dat als geen ander. Hij is dit jaar voorzitter van de TOP Commissie en verantwoordelijk voor de hele organisatie.

1. Wat is jouw grootste bron van jaloezie?

‘Ik ben vooral jaloers op mensen die doen wat ze willen doen. Sommige mensen leven in het moment en kunnen helemaal genieten van wat ze doen. Ze zijn waar ze willen zijn. Ik moet nog helemaal uitvogelen waar ik heen wil.’

2. Waar dagdroom je over?

‘Waar ik naar uitkijk is om met de cantus op het podium te staan, voor zo’n grote groep van 4.500 mensen. Dat is zo’n geluksmoment, waar ik een heel jaar naar toe gewerkt heb. Dat geeft zo veel euforie, daar kijk ik echt naar uit. Dat is geluk, puur geluk.’

3. Wat is jouw grootste angst?

‘Nu is dat natuurlijk een calamiteit. Dat er iets gebeurt bij de TOP. Je hebt het gevoel dat je in die week verantwoordelijk bent voor 4.500 mensen. Dus ben ik bang voor dingen die misgaan die je niet kunt voorspellen. En is er de angst dat er iets is dat je had kunnen weten, of kunnen voorkomen. Dat is een grote zorg.’

4. Wat is voor jou een perfect avondje uit?

‘Met alle hectiek vind ik het erg leuk om terug te komen bij mijn vriendengroep. Dan koken we wat, er zijn flessen wijn, we praten en lachen en veel gekkigheid. Meestal is dat bij iemand thuis, zoals bij een vriend met een appartement bij feestcafé de Prins. Met carnaval zitten we daar ook.’

5. Van welke muziek kunt je geen genoeg krijgen?

‘Ik heb zelf muziek gestudeerd, ik luister echt naar alles. Jazz, klassiek, popmuziek, filmmuziek, techno. Maar vooral filmmuziek vind ik leuk, dat heb ik zelf ook gecomponeerd. Het geeft zoveel emotie. Een mooi voorbeeld is de soundtrack van de film The Danish Girl. Daarin wordt hetzelfde thema steeds herhaald. Maar de dynamiek wisselt door middel van verschillen in ritme en uitvoering en instrumenten. Dat zorgt ervoor dat hetzelfde thema in verschillende situaties steeds anders uitpakt.’

‘Mijn neef dacht: ik ga naar New York, ik ga daar wonen en leven. Hij heeft dat gewoon gedaan. Ik zou dat lef ook willen hebben’

6. Wat weten maar weinig mensen over jou?

‘Dat ik muziek gestudeerd heb, dat ik zelf muziek maak. En dat ik hier als hbo’er rondloop in de bestuurswereld in het Esplanadegebouw, vind ik ook heel leuk.’

7. Wie is jouw grote voorbeeld en waarom?

‘Dat zijn eigenlijk verschillende mensen in verschillende situaties. Bijvoorbeeld mijn neef. Die heeft bedacht: ik ga naar New York, ik ga daar gewoon wonen en leven. Hij heeft dat gewoon gedaan. Ik zou dat lef ook willen hebben.’

8. Waar krijg je een kort lontje van?

‘Ik erger me niet snel. Maar ik kan niet goed tegen mensen die maar negatief blijven denken. Die in plaats van denken in oplossingen, alleen obstakels zien. In plaats van meedenken, vol blijven houden dat het toch niet lukt. Dat zuigt energie weg.’

9. Wat zou je eigenlijk (meer) moeten doen?

‘Sporten. Ik zit veel, ik praat veel, ik beweeg te weinig. En mijn familie zien. Ik ben zo veel bezig met mijn bestuurswerk dat ik mijn ouders nog maar een keer per maand spreek, en eigenlijk alleen online. Ik zou mijn opa en oma ook veel meer willen zien. Die zijn stokoud, maar dit jaar heb ik het te druk om daar vaak heen te gaan. Daar baal ik wel van, waarom doe ik dat zo weinig?’

10. Wat is je favoriete bestelmaaltijd?

‘Als ik iets bestel, dan is dat pizza. Prosciutto, funghi en mozzarella, bij Rijslust. Dat vind ik lekker. Maar ik doe het bijna nooit. Ik kook graag zelf. Ook koken voor anderen vind ik leuk. Wat ik kook? Spaghetti bolognese, dat is leuk om te doen, makkelijk en lekker en mijn huisgenoten gaan bellen als ik wat anders zou zeggen.’

11. Nooit meer vlees of nooit meer vliegen?

‘Vliegen brengt mij verder en er is nog zoveel van de wereld dat ik nog niet gezien heb. Vlees vind ik gewoon lekker. Maar als ik echt moet kiezen dan zou ik vlees wegdoen. Ik gun het mezelf om nog andere continenten te bezoeken.’

12. Nooit meer sporten of nooit meer naar een concert?

‘Muziek is mijn passie, dus met pijn in mijn hart moet ik nooit meer sporten zeggen. En ik vind hockey echt geweldig, dat is mijn uitlaatklep.’

13. Winkelen of online shoppen?

‘Ik ben niet van online winkelen, maar ik ben ook niet van slenteren in een drukke winkelstraat. Dat vond ik het toffe in de coronatijd, dat je een tijdslot kon reserveren en in je eentje in een winkel kon rondkijken. Het wordt nooit meer online, want dan krijg ik er geen gevoel bij, en ik heb toch nieuwe kleren nodig.’