Brak in de collegezaal is lachen, brak op je werk is iets om je voor te schamen
Als student hang je continu in de kroeg, als je eenmaal werkt drink je thee en ga je op tijd naar bed. Maar wat als je werkt én studeert? Columnist Judith Zijdenbos bevindt zich in een spagaat. ‘Ik kan niet wachten totdat ik er niet meer tussenin zit.’

Toen ik een jaar of 16 was, zei mijn vader altijd dat ik tussen het tafellaken en het servet in zat. Inmiddels geef ik als stagiaire les aan die leeftijdscategorie, maar lijk ik nog steeds in dezelfde positie te zitten. Niet meer tussen het tafellaken en het servet, maar tussen student en docent.
Waar ik als student ‘van mijn jonge jaren’ moet genieten, wordt er als docent een ‘professionele werkhouding’ van me verwacht. Als een jongleur op een slap koord, balancerend tussen deze uiteenlopende verwachtingen, probeer ik de overkant te halen. De overkant is in dit geval mijn diploma.
Vooral als het gaat om alcohol, is het koord gespannen tussen twee compleet andere werelden. Als student is er veel sociale druk om te drinken. Credo’s als ‘kom op, nog eentje’ en ‘één is geen’ worden regelmatig naar je hoofd geslingerd, zeker als je vroegtijdig een fuif probeert te verlaten. Meestal zorg ik dan ook dat mijn aftreden geruisloos en onopvallend plaatsvindt, zodat ik deze credo’s kan vermijden. Dit staat in mijn kringen ook wel bekend als de Houdini.
Tot een aantal jaar geleden maakte de Dikke Van Dale in de definitie van ‘alcoholist’ zelfs een uitzondering voor de student. Als student lag de drempel tot alcoholist namelijk veel hoger. Dat idee heerst nog steeds en lijkt wel zo hardnekkig als een vlek rode wijn op een wit tafellaken.
Als docent ligt dit net even anders. De sociale druk die eerst lag op méér drinken ligt nu op niet meer drinken. Brak in de collegezaal was lachen, maar brak op je werk zitten is iets om je voor te schamen.
De invloed van je sociale omgeving op je alcoholgebruik is haast paradoxaal. Eerst zorgt het ervoor dat je meer gaat drinken en als je ouder wordt juist dat je minder (vaak) gaat drinken.
Dat bevalt me goed. Niet meer wekelijks ‘ga je NU AL naar huis’ en ‘kleine speler’ horen, als ik voor het legen van de fles het pand wil verlaten. Schaamteloos om half elf in bed gaan liggen met een kop thee zonder gezeur. Ik kan niet wachten totdat ik er niet meer tussenin zit, tussen dat tafellaken en dat servet. ‘Van mijn jonge jaren’ genieten is eigenlijk maar een hoop werk.
Judith Zijdenbos volgt een postmaster Lerarenopleiding Nederlands aan Tilburg University.