De psychologie achter coalitievorming: je verplaatsen in de ander als middel tot succes

De psychologie achter coalitievorming: je verplaatsen in de ander als middel tot succes

Wie wil met wie regeren? Dat is de grote vraag na de verkiezingen van afgelopen maand. Winnaar D66 staat voor een zware opgave om een brede en stabiele coalitie te smeden. Anabela Cantiani promoveerde onlangs op dit onderwerp en Univers vroeg haar naar de psychologie achter coalitievorming.

D66: ‘Het kan wél!’ Beeld: Bas van der Schot

Wij gaan niet met GroenLinks-PvdA in een kabinet, liet de VVD duidelijk weten zowel voor als na de verkiezingen. Dat belooft dus geen gemakkelijke formatie te worden, want een kabinet ‘door het midden’ met CDA, VVD en GroenLinks-PvdA onder leiding van D66 heeft een stabiele meerderheid in de nieuwe Tweede Kamer. Andere varianten zijn lastiger omdat daarvoor méér partijen nodig zijn.

Om een hechte coalitie te smeden is het nuttig om je te verplaatsen in je partners, blijkt uit promotie-onderzoek van Anabela Cantiani aan de psychologiefaculteit: ‘In ons onderzoek richtten we ons vooral op mechanismen die ten grondslag liggen aan coalitievorming in het algemeen, dus niet alleen bij kabinetsformaties.’

Signalen

Perspectief nemen staat centraal in Cantiani’s onderzoek: ‘We maken de hele tijd aannames over mensen, en dat is normaal en noodzakelijk om sociaal goed te kunnen functioneren. Daarvoor gebruiken we signalen van de ander om diens beweegredenen goed in te schatten. Dat doe ik zelfs in dit gesprek, het gebeurt dus niet alleen bij ingewikkelde Haagse coalitiebesprekingen.’

‘En die signalen gebruiken we om aannames te doen over de ander: lijkt de ander op mij of niet, en wat wil de andere partij?’ zegt Cantiani. Die signalen en aannames spelen ook een grote rol in de politiek, zelfs vóór de coalitiebesprekingen. Want in de politieke praktijk is het heel belangrijk om in te schatten welke overeenkomsten er zijn en waar de verschillen zitten.

Concurrentie

Maar wat als je juist géén samenwerking wilt? Als je een partij bij voorbaat uitsluit dan ga je er toch geen energie in steken? Zo riep VVD-lijsttrekker Dilan Yesilgöz voor de verkiezingen al dat ze niet meer in zee wilde met de PVV van Geert Wilders, maar óók niet met GroenLinks-PvdA.

Dat ligt toch wat genuanceerder, betoogt Cantiani, want perspectief nemen is niet alleen nuttig bij samenwerking.

Buitengesloten

‘Ook als je de concurrentie aangaat met een andere partij werkt het goed om je te verplaatsen in de ander, zegt Cantiani, ‘want dan kun je inschatten wat er voor je rivaal op het spel staat. En het kan ook handig zijn als je het risico loopt om buitengesloten te worden.

‘Door je te concentreren op de overeenkomsten, kun je inschatten op welke aspecten de andere partij concessies zal doen en welke aspecten voor hen niet onderhandelbaar zijn. Zo helpt het begrijpen van je tegenhanger je om in het spel te blijven. Degenen die dat doen, worden vaker opgenomen in coalities.’

Rationeel

Bestaande theorieën over coalitievorming zijn erg rationeel, en houden geen rekening met factoren als sympathie, gelijkenis of de psychologische kanten. Ze focussen op macht. Maar Cantiani’s onderzoek richt zich ook op de ‘zachte kant’ van samenwerkingsverbanden. Succesvolle coalitievorming hangt niet alleen af van de hoogte van je inzet, zoals het aantal zetels, maar ook van psychologisch begrip, toont haar onderzoek aan.

‘Opmerkelijk genoeg ontdekten we in ons onderzoek dat wanneer mensen het perspectief van een ander innemen, ze vaak de positie van de ander in hun hoofd voorstellen,’ zegt Cantiani. ‘Ze zitten in gedachten bijna letterlijk in hun stoel of ‘staan in hun schoenen’.

Cantiani vervolgt: ‘Deze mentale simulatie brengt mensen psychologisch dichter bij elkaar, een proces dat we self-other-merging noemen. Dat gevoel van nabijheid lijkt een van de mechanismen te zijn waardoor perspectief nemen sympathie en gelijkenis opwekt. Deze gevoelens kunnen zeer nuttig zijn bij het vormen van coalities. Relationele motieven, gedreven door warmte en begrip, bevorderen vaak de samenwerking.’

Hecht

Maar kabinetten worden niet altijd ‘uit liefde’ gevormd. Vaak zijn zulke coalities een verstandshuwelijk, geboren uit strategische en zakelijke overwegingen. Het kabinet-Schoof liep zelfs uit op een regelrechte vechtscheiding. Leveren dergelijke zakelijke motieven dan ook minder hechte coalities op?

‘Dat hangt af van de situatie,’ vervolgt Cantiani. ‘Wat staat er op het spel en welke bonussen kunnen er worden verdiend met samenwerken? Uiteindelijk zullen beide motieven, relationele en strategische, een rol spelen.

Ook in de politieke praktijk is sympathie en gelijkenis erg belangrijk voor het smeden van hechte coalities. En daar kan tegelijk een strategisch motief onder schuilgaan. Want je voelt wel aan (emotioneel) dat het gemakkelijker zal zijn om te regeren met iemand die op jou lijkt, omdat je weet (cognitief) dat je dan minder conflicten zult hebben en eerder consensus zult bereiken, aldus Cantiani.

Schaduw

Hoe gaat het verder met de kabinetsvorming? ‘Het spel dat nu gespeeld wordt gaat niet alleen om het aantal zetels, analyseert Cantiani. Ook een kleine partij kan invloed en macht uitoefenen als zo’n partij in een sleutelpositie komt. ‘Vooral het CDA heeft nu die sleutelpositie, omdat ze nog geen partijen hebben uitgesloten. Daardoor genieten ze meer vertrouwen dan bijvoorbeeld de VVD.’

Dus niet alleen het aantal zetels, maar ook sympathie en het onderliggende vertrouwen gaat bepalen wie met wie in zee gaat, durft Cantiani te voorspellen. In eerste instantie gaan de partijen voor de veilige optie, met degenen op wie ze lijken. Maar als je het punt bereikt waarop het proces vastloopt, zul je ook ‘over je eigen schaduw heen moeten stappen’, zoals dat in Den Haag heet.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.