Opinie: stop jeugdwerkloosheid

Terwijl alle Europese ogen zich richten op reddingsacties van banken en landen, voltrekt zich in Europa een maatschappelijk drama dat minstens evenzeer een onmiddellijke reddingsactie rechtvaardigt: de torenhoge jeugdwerkloosheid.

Met een EU-gemiddelde van 22,8 % is het aandeel werklozen onder de 25 jaar meer dan het dubbele van het aandeel oudere werklozen. 18 van de 27 lidstaten kampen met een jeugdwerkloosheid boven de 20%. Op dit moment telt Europa 5,5 miljoen werkloze jongeren. Dit zijn enkel jongeren die meer dan 12 uur per week willen werken en voor hun inkomen afhankelijk zijn van werk. Jongeren op zoek naar een bijbaan vallen hier niet onder. Ondertussen stijgt ook het aantal langdurig werkloze jongeren. Noordelijke lidstaten scoren aanzienlijk beter dan zuidelijke en oostelijke lidstaten, maar ook in Noord-Europa is sprake van een stijgende trend van jeugdwerkloosheid. In Nederland is het aantal jonge werkzoekende gestegen tot ruim 12%, een van de hoogste percentages in jaren. Ten opzichte van vorig jaar zijn is de werkloosheid met meer dan 25% gestegen. Terwijl een minder hoog aantal jonge werklozen in 2009 nog leidde tot een actieplan, leidt elke stijging de afgelopen maanden tot meer verlamming.

Naast het aantal werkloze jongeren is er sprake van 7,5 miljoen jonge Europeanen die noch werken noch studeren. Ook in de leeftijdscategorie 20 – 34 jaar zien we percentages variërend van 8,3% tot zelfs 27% zonder werk of opleiding. De groep jongeren die zich niet meer meldt als werkzoekend wordt alsmaar groter. Door een versobering van voorzieningen voor re-integratie wordt de prikkel voor jongeren om zich te laten registreren steeds kleiner. Overheden verliezen het zicht op deze groep. In Nederland werd dit duidelijk na het afschaffen van de Wet Investeren in Jongeren (WIJ). Deze wet had als doel om jongeren onder 27 te helpen aan een werk- of leeraanbod. Dit was een gedeelde verantwoordelijkheid tussen jongeren en overheid. Met resultaat, uit de evaluatie bleek dat steeds meer jongeren uit de werkloosheid wisten te blijven. Desondanks is de wet onlangs afgeschaft en is nu het volledig aan jongeren zelf. Hierbij geldt tot 27 ook nog een zoektermijn van vier weken voor er recht is op bijstand. De prikkel voor jongeren om zich te melden is nu nihil. De schatting is dat ruim 100.000 jongeren zich niet melden in Nederland.

Voor jongeren met werk zijn de vooruitzichten ook niet rooskleurig. Onder de 25 jaar werkt 42% op basis van tijdelijke contracten tegenover 13,9% in hogere leeftijdscategorieën. Daarnaast werkt 30% in deeltijdwerk tegenover 18,5% in andere leeftijdscategorieën. En een onbekende groep moet het doen met hele kleine inkomsten uit een zogenaamde gediplomeerde stage. De keuze voor tijdelijke contracten en parttime werk met weinig rechten op bijvoorbeeld scholing, opbouw van pensioen of een sociaal vangnet is dikwijls onvrijwillig. Gelijktijdig met het groeiende aantal jeugdwerklozen zien we dat de Europese recessie publieke investeringen in lager-, middelbaar-, en hoger onderwijs bedreigt. Ook Nederland snijdt in het budget voor onderwijs. Dit resulteert in een alsmaar hogere bijdrage van jongeren aan hun opleiding, waarbij schulden maken vaak de enige optie is. Dit werkt ontmoedigend voor het volgen van onderwijs. Tel daarbij op dat maar liefst 12% van de Europese jongeren onder de armoedegrens leeft, en een somber toekomstbeeld dringt zich op.

De prijs die wij als samenleving zullen betalen voor een verloren generatie is hoger dan welk miljardenprijskaartje voor welke bank dan ook. Die prijs zal door jongeren zelf, maar ook door Europa als geheel betaald moeten worden. Het zijn juist de jonge Europeanen die Europa een innovatieve concurrentiepositie binnen de nieuwe wereldeconomie moeten bezorgen. We mogen niet toestaan dat hun menselijk kapitaal devalueert en verloren gaat. Daarvoor is onderlinge verbondenheid vereist. Verbondenheid die door de noodzaak tot disciplinaire bezuinigingen verworden is tot toenemende verdeeldheid, een smeulend generatieconflict en een voedingsbodem voor radicalisering. Jongeren die hun toekomstperspectief verliezen worden aangetrokken door anti-sentimenten, wrok en kunnen in de verleiding komen om zondebokken te gaan zoeken.

Op dit moment worstelen alle lidstaten met de toekomst van Europa. Er zijn in de woorden van hoogleraar monetaire economie Lex Hoogduin ‘drie scenario’s: voortmodderen, Europa omarmen of fragmenteren’. Van deze drie scenario’s is Europa omarmen de grootste uitdaging. Een absolute voorwaarde voor dit scenario is dat Europa erin slaagt de toekomst van haar jong menselijk kapitaal te waarborgen. Alleen dop die manier zal Europa de overtuigingskracht ontwikkelen die nodig is om onzekere jongeren te winnen voor vertrouwen in Europese lotsverbondenheid.

Europa kan zijn eigen toekomst verzekeren door op Europees niveau afspraken te maken over de bestrijding van jeugdwerkloosheid door de instelling van een jeugdgarantieplan. Daarbij worden jongeren, naar Fins en Zweeds voorbeeld, in een vroeg stadium van hun werkloosheid intensief begeleid naar een passende baan of opleiding. Geen enkele jongere mag tussen wal en schip vallen. De Internationale Arbeidsorganisatie (ILO) pleitbezorger van het jeugdgarantieplan, heeft berekend wat dit de Europese Unie zou kosten: 0,45% kosten van de totale overheidsuitgaven binnen de eurozone. Ook de Europese Commissie heeft in het zogenoemde Employement Package al gepleit voor jeugdgaranties, maar landen negeren deze oproep nog massaal. Een logisch onderdeel van het jeugdgarantieplan moet een onverdeelde oproep zijn voor een uitzonderingspositie voor onderwijs in de bezuinigingsoperaties van de Europese lidstaten. Het is belangrijk dat de geloofwaardigheid van de jeugdgarantie wordt verhoogd door goede aandacht te geven aan de organisatie van de feitelijke aanpak. Alleen mooie woorden volstaan niet.

Er moet zo snel mogelijk een Eurotop komen met een korte en krachtige agenda: het acuut terugdringen van de jeugdwerkloosheid. Wij vragen onze premier het initiatief te nemen tot een spoedige Eurotop waar hij samen met andere regeringsleiders kan aantonen dat Europa er niet alleen is voor banken, maar ook voor de jonge Europese burger. Niet alleen voor ouderen, maar ook voor jongeren. Niet alleen om fouten uit het verleden te repareren, maar ook om ons te behoeden voor die van de toekomst. Wie de jeugd heeft, heeft de toekomst, maar dan moet die jeugd wel een toekomst worden geboden. Daarom wordt vandaag gelanceerd: www.stopjeugdwerkloosheid.nl.

Dennis Wiersma, Voorzitter FNV Jong

Tofik Dibi, Tweede Kamerlid Groen Links

Hans de Boer (Oud voorzitter task force Jeugdwerkloosheid, MKB)

Hans Kamp (Voorzitter ABU, kroonlid SER)

Jörgen Rayman (Presentator en cabaretier)

Ton Wilthagen (Hoogleraar Arbeidsmarkt, Universiteit van Tilburg)

Bas Heijne (Schrijver en columnist)

Alfred Kleinknecht (Hoogleraar Economie van innovatie, TU Delft)

Sywert van Lienden (Initiatiefnemer G500)

Marcel Bamberg (Voorzitter Nationale Jeugdraad)

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.