Recensie: Australian Pink Floyd beetje mat
013 is vol. De gemiddelde leeftijd ligt ruim boven de 40. En dan tellen de zoontjes van een jaar of 11 dubbel mee. Pink Floyd bestaat al jaren niet meer, hun geluid en muziek nog wel. Een groep Australiërs speelt de muziek al tientallen jaren na. Klassiekers als The Wall en Time klinken toch wat doffer dan de liveversies van Roger Waters en David Gilmour. Beiden heb ik afzonderlijk van elkaar zien optreden, ‘bewijsmateriaal’ is er dus.
De avond is nog niet op gang of de heren besluiten een pauze in te lassen. Het was sowieso al wat muf en motterig wat uit de speakers kwam. De bandleden vulden dat aan met een sausje van gemaakt enthousiasme. Het samen bier drinken backstage lijkt voor de bandleden aantrekkelijker dan een fatsoenlijke set neerzetten.
De pauze duurde lang te lang. De papa’s en mama’s hadden ruim de tijd gehad hun oppas te bellen. Maar dat leek toch niet nodig. De kinderen hadden waarschijnlijk al de leeftijd bereikt dat ze ‘t huis uit zijn. De discussies van de twee vriendinnen naast me gaan over hun mannen die achter me staan, die op hun beurt weer over hun vrouwen staan te praten. Blijkbaar zijn mijn oren nog wel goed… Ik hoor dat het geluid goed is, de muziek fantastisch maar de uitvoering matig.
Coverband of niet, een beetje passie in het spel mag wel. Ik kan als Pink Floyd fan enthousiast worden van het geluid, maar soms mogen de Aussies iets strakker spelen, meer actie!
Ja, t is persoonlijke voorkeur, ja, mijn vader heeft me alle platen van Pink Floyd dagelijks laten ‘luisteren’, ja, de muziek is goed, ja, de solo’s zijn geweldig, ja, die ene zanger is goed (als ‘ie n nummertje komt zingen), ja, de sax is ‘echt’, maar wat een hoop muzikanten die gewoon ‘hun’ kunstje doen.
Heeft t publiek genoten? Ja ik denk t wel. Heb ik genoten? Mwah, de elpee thuis klonk beter.