Kamerbewoners krijgen voorlopig geen huurtoeslag
Het kabinet-Schoof gaat studenten op kamers geen huurtoeslag geven. Volgens minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting is dat te duur en moeilijk uitvoerbaar.
De woningnood is hoog en ook de huren op de particuliere kamermarkt blijven maar stijgen. Al jaren gaan er stemmen op om ook kamerbewoners huurtoeslag te geven. Hun hoge maandlasten zouden dan omlaaggaan en studentenhuisvesters zouden meer onzelfstandige woningen bouwen.
Lucratiever
Sinds in 1997 de huursubsidie voor kamerbewoners werd afgeschaft, worden er hoofdzakelijk nog dure zelfstandige studio’s met eigen keuken en sanitair gebouwd. Omdat bewoners in aanmerking komen voor huurtoeslag is dat lucratiever: eigenaren kunnen er dan meer huur voor vragen. Ook Kences, de koepelvereniging van sociale studentenhuisvesters, wil al jaren dat de huurtoeslag voor onzelfstandige woonruimtes terugkeert.
De vorige minister van Wonen, Hugo de Jonge (CDA) voelde er wel voor. Nieuwbouw van studentenkamers is 21 procent goedkoper, schreef hij dit voorjaar aan de Tweede Kamer. Bovendien wees onderzoek volgens hem uit dat studenten op kamers gelukkiger zijn dan thuiswonende of zelfstandig wonende studenten.
Wel waarschuwde hij dat er dan een betrouwbaar register moest komen voor onzelfstandige woningen en dat de overheid jaarlijks tussen de 600 en 840 miljoen euro aan extra huurtoeslag kwijt zou zijn.
Te duur
Zijn opvolger Mona Keijzer (BBB) ziet het somberder in. Zij schat de kosten op 925 miljoen tot 1,3 miljard euro per jaar, schrijft ze aan de Tweede Kamer. Daar heeft het kabinet momenteel geen geld voor.
Zijn er geen alternatieven te verzinnen voor studenten op kamers, vroeg de ChristenUnie, nog afgezien van de kosten? Je zou hun via de studiefinanciering een soort huurtoeslag kunnen geven, zegt Keijzer, maar dat is best ingewikkeld en leidt tot juridische problemen. Er zou dan onder meer ongelijke behandeling ontstaan tussen studenten en niet-studenten.