Regeerakkoord: nieuwe basisbeurs, soepeler bsa, fonds voor onderzoek

Regeerakkoord: nieuwe basisbeurs, soepeler bsa, fonds voor onderzoek

Er komt weer een basisbeurs, kleine opleidingen moeten blijven en het bindend studieadvies gaat op de schop. Verder gaat het nieuwe kabinet investeren in ongebonden onderzoek.

Beeld: ANP / Bart Maat

Dat staat in het nieuwe coalitieakkoord ‘Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’, dat zojuist is gepresenteerd na de langste formatie uit de geschiedenis van de Nederlandse politiek.

Studiefinanciering

“We willen dat iedereen in staat is om te kunnen studeren, ongeacht het inkomen van de ouders”, schrijven de vier partijen VVD, D66, CDA en ChristenUnie. “We hebben daarbij aandacht voor de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid.”

De basisbeurs komt terug per september 2023; dat was al uitgelekt. Er blijft ook een aanvullende beurs beschikbaar. Studenten behouden tevens de ov-studentenkaart.

De leenvoorwaarden blijven bovendien gelijk. Studenten mogen dus 35 jaar over het aflossen van hun schulden doen. In het regime van de oude studiefinanciering (tot september 2015) was dat vijftien jaar, met hogere maandbedragen.

De investeringen in het hoger onderwijs, waarvoor de basisbeurs moest sneuvelen, blijven behouden. Daarnaast is er één miljard euro uitgetrokken voor de compensatie van studenten die de basisbeurs zijn misgelopen.

Een deel van die tegemoetkoming (250 miljoen euro) wordt bezuinigd op het Nationaal Programma Onderwijs in 2023, dat bedoeld is om de cognitieve en sociaal-emotionele achterstanden in het onderwijs weg te werken.

Eén miljard euro is voor die compensatie geen groot bedrag, vergeleken met de scenario’s die de ambtenaren van OCW op een rij hadden gezet (tussen de 1,4 en 11 miljard euro). De studenten-zonder-basisbeurs kunnen straks kiezen: korting op hun studieschuld of een voucher voor extra scholing. Precieze bedragen per student worden nog niet genoemd.

Onderzoek

De komende tien jaar wil het kabinet 5 miljard euro in de wetenschap investeren, oftewel 500 miljoen euro per jaar. Het geld komt in een speciaal fonds en is bestemd voor “vrij en ongebonden onderzoek en ontwikkeling”.

Verder wil het kabinet universiteiten en hogescholen meer ruimte bieden “om de werkdruk aan te pakken, vaste contracten te bieden en een evenwichtig aanbod in krimpregio’s te behouden”.

Daartoe wordt de financiering van het hoger onderwijs aangepast: de ‘perverse prikkel’ om zoveel mogelijk studenten te werven wil het kabinet weghalen. De financiering per student wordt dus lager. In plaats daarvan gaat het kabinet de vaste voet “herzien en verhogen”. Dat is het bedrag dat de onderwijsinstellingen sowieso krijgen, los van studentenaantallen.

Verder komt er een “betere balans” tussen de eerste en tweede geldstroom, oftewel de financiering die rechtstreeks naar de onderwijsinstellingen gaat en het geld dat onderwijsinstellingen bij onderzoeksfinancier NWO in competitie kunnen verkrijgen.

Al dit beleid wordt betaald uit een budget van 700 miljoen euro per jaar. Maar daar moeten nog meer dingen uit betaald worden, zoals de komst van een techniekhavo, kleinschalig vakonderwijs, studentenwelzijn en ‘arbeidsmarktrelevante beroepsopleidingen’.

Internationalisering

Voor de internationalisering van het hoger onderwijs ligt een wet klaar bij de Eerste Kamer. Die wet moet de verengelsing van het hoger onderwijs een halt toe roepen. Bovendien krijgen onderwijsinstellingen de gelegenheid om de stroom aan internationale studenten beter te beheersen.

“Als de bestaande en nog in te voeren instrumenten onvoldoende blijken te zijn om schokken in de (internationale) studentenaantallen te beheersen”, schrijven de partijen in hun akkoord, “dan kijken we of nieuwe instrumenten nodig zijn.”

Kleine opleidingen

“Universiteiten dienen voor kleine studies en voor Nederlandse taal en cultuur samen te werken en ook naar de toekomst een dekkend en passend aanbod te garanderen”, aldus de vier partijen. Kleine opleidingen mogen dus niet zomaar opgedoekt worden.

Bovendien moeten bachelorstudenten voor hun master altijd aan hun eigen universiteit terechtkunnen: “We zorgen ervoor dat elke bachelorstudent een aansluitende master heeft op dezelfde instelling, met behoud van ruimte voor profilering.” Die profilering wil waarschijnlijk zeggen dat universiteiten wel hun eigen accenten kunnen leggen.

Selectie en bsa

Een heet hangijzer is ook selectie aan de poort. Een groot deel van de Tweede Kamer heeft er moeite mee, terwijl een ander deel juist meer selectie wil. Het compromis: opleidingen moeten hun keuzes beter uitleggen. “Opleidingen die selecteren dienen te onderbouwen hoe de selectieprocedure past bij de inhoud van de opleiding, effectief is en gelijke kansen borgt”, staat in het akkoord.

Het bindend studieadvies wordt milder. “Studenten die in het eerste jaar niet de bsa-norm halen, krijgen de kans om in het tweede jaar de puntennorm alsnog te halen”, staat in het nieuwe akkoord.

Maar er zijn uitzonderingen: bij “evident onvoldoende studievoortgang” behoudt de instelling de mogelijkheid om studenten aan het einde van het eerste jaar weg te sturen. Dan moet de student begeleiding krijgen naar een “beter passende” opleiding. “Met dit aangepaste bsa dragen we ook bij aan het verhogen van het studentenwelzijn”, menen de partijen.

Vrijheid en gelijke kansen

“We stimuleren de vrije en veilige uitwisseling van ideeën en borgen de academische vrijheid van wetenschappers”, aldus het akkoord. ‘Open science’ en ‘open education’ worden de norm.

Tenminste, zolang de nationale veiligheid niet in het geding komt. Verder gaat het nieuwe kabinet ‘kaders’ vaststellen voor de wetenschappelijke samenwerking met onvrije landen, waarover de laatste tijd veel discussie wordt gevoerd.

Ook in eigen land wil het kabinet oppassen voor denkbeelden die de vrijheid bedreigen. “We zetten de bekostiging stop bij bewijs dat een instelling zich bezighoudt met anti-rechtsstatelijke praktijken”, staat in het akkoord. Dat zou kunnen verwijzen naar de Islamitische Hogeschool Rotterdam, waar met name de VVD graag strenger tegen wil optreden.

Verder schrijft het kabinet: “We bevorderen de gelijke behandeling van studenten uit het mbo, hbo en wo.” Het is niet helemaal duidelijk waar het kabinet op doelt, maar misschien gaat het om stagevergoedingen en discriminatie op de arbeidsmarkt.

Lerarenopleidingen

In de strijd tegen het lerarentekort wil het nieuwe kabinet inzetten op de “versterking van de kwaliteit van lerarenopleidingen”, aldus het akkoord, “met aandacht voor effectieve vakdidactiek, specialisatie in het jonge of oudere kind, digitale vaardigheden en passend onderwijs.”

Bovendien willen de partijen graag meer academici voor het onderwijs interesseren. “We verhogen de academische instroom.” Ook staat er: “We ondersteunen beginnende leraren en flexibiliseren en verbeteren de opleiding voor zij-instromers.” Bijscholing wordt naar verluidt een ‘prioriteit’.

Wonen

Ook de woningnood onder studenten komt ter sprake in het akkoord. “Met het oog op de acute tekorten aan woningen voor studenten, spoedzoekers, arbeidsmigranten en daklozen is het streven om jaarlijks 15.000 tijdelijke woningen te bouwen en 15.000 eenheden extra te bereiken via transformatie van kantoren tot woningen.”

Het kabinet wil allerlei belemmeringen bij de bouw en de koop van woningen wegnemen. “Voor starters wordt bij het aanvragen van een hypotheek de actuele stand van de studieschuld bepalend.” Dat wil zeggen: niet de oorspronkelijke studieschuld, maar het nog openstaande bedrag. Het is wel de vraag wat dat uithaalt, aangezien de maandelijkse aflossing bij DUO daar niet door verandert.

Verder komt er een “meldplicht, registratieplicht of verhuurvergunning, met name voor de grotere verhuurders”. Daarmee kunnen gemeenten discriminatie en malafide verhuurders volgens de partijen gerichter aanpakken.

Advertentie.

Bekijk meer recent nieuws

Schrijf je in voor onze nieuwsbrief

Blijf op de hoogte. Meld je aan voor de nieuwsbrief van Univers.